Om kwart voor tien vertrokken we uit Meijel; het was toen al 24 graden. Rutger was al even naar het dorp geweest om een krant te halen (we hadden in deze vakantie bonnen voor de Volkskrant). De tocht voerde ons eerst langs een drukke weg naar Heibloem en Roggel. Daarna ging het gelukkig langs rustiger wegen en over grintpaden naar Heythuysen. Via Baexem en Grathem kwamen we uiteindelijk bij de Maas terecht. Daar, in de buurt van Panheel, hebben we ons middagmaal genuttigd.
Vervolgens moesten we helaas langs de A2 fietsen, om de Maas te kunnen oversteken. Maar in Maasbracht was die ellende ten einde. We reden toen door het noordlimburgse landschap naar Sint Joost en Echt. Het was intussen heel broeierig geworden en er was alleen hier en daar wat begroeiing waar we even van een beetje schaduw konden genieten.
Het was nog wel even zoeken, maar toch vonden we camping Bömerwald in Koningsbosch. Het was een boomrijke camping, waar we na het uitpakken lekker konden genieten van de schaduw. Jan en Joke moesten nog wel even op de fiets naar Koningsbosch, want er moest nog eten komen.