Maandag vertrokken we redelijk op tijd naar Arnhem. Al voor enen kwamen we bij camping Warnsborn aan. Omdat de receptie tot één uur gesloten was, gingen we alvast een plekje uitzoeken. Er was niet zoveel keus, want het was er opvallend druk; met name de Engelse nationaliteit was ruim vertegenwoordigd.
Om twee uur stonden we op de plek en vertrokken we voor een korte knooppunten-fietstocht richting Oosterbeek en Rijn. Op deze rit werden we er aan herinnerd dat de heuvels hier talrijk aanwezig zijn en hun hoogte die van onze eigen Hondsrug ver overtreffen.
Vanuit Oosterbeek reden we zoveel mogelijk parallel langs de Rijn naar Arnhem. Op zich een leuke tocht met steeds weer uitzicht over de uiterwaarden. Langs het nieuwe station-in-aanbouw (hebben we niet echt bekeken) kwamen we bij park Sonsbeek. Daar begon het stijgende deel van deze rit naar de camping. We reden daarbij door een mooie bosrijke omgeving en door het oudere deel van de stad Arnhem, met zijn chique woningen.
Tegen het eind van de tocht kwamen we een beetje in de knoop met de knooppunten, maar om een uur of vijf streken we toch neer op de camping. Onder genot van een alcoholisch drankje concludeerden we dat deze omgeving met zijn heuvels door ons als erg zwaar wordt ervaren.