Omdat de weersverwachting een omwenteling aankondigde met regen, besloten we om weer naar huis te rijden. Maar we maakten er nog wel een vakantiedag van. We reden eerst binnendoor, langs Garsthuizen en Zeerijp naar Appingedam. Daar wilden we de hangende keukens wel eens zien. We konden de auto kwijt op een parkeerplaats aan de rand van het centrum.
Het viel meteen al op dat Appingedam veel oude huizen kent. Dat hadden we niet verwacht. Bij de VVV bekeken we de mooie Groninger Zilverkamer, waar naast het vele zilver, ook schilderijen van het Groninger schilderscollectief De Ploeg te zien waren. Deze tentoonstelling heeft veel indruk gemaakt, al waren er niet veel echte topstukken. Maar de veelkleurigheid kwam duidelijk naar voren.
Op onze verdere wandeling door het centrum vonden we uiteraard ook de hangkeukens boven het Damsterdiep. We hadden ons voorgesteld heel veel van deze uitbouwsels te zien, maar het bleek zich te beperken tot een stuk of drie. Maar evengoed een mooi gezicht.
We planden een volgende stop in Nieuwe Statenzijl, bij de sluizen. Met een grote boog om Delfzijl heen, gingen we eerst naar Termunten. Via Baamsum en Woldendorp en door de Reiderwolderpolder kwamen bij de monding van de Westerwoldse Aa, waar genoemde sluizen liggen. Met uitzicht op dit complex en een aantal plezierjachten, aten we in de schaduw van de bomen ons broodje. Hierna nog wat rondgekeken op het sluizencomplex met uitzicht over de Dollard.
We besloten om vanaf hier naar huis te rijden, zonder onderweg nog te stoppen. Via binnenwegen over Hongerige Wolf, Finsterwolde en Midwolda kwamen we bij Scheemda op de A7. Voor Zuidbroek verruilden we deze voor de N34, die naar Assen gaat. Via Rolde bereikten we rond twee uur ons huis.