Dit verhaal schrijf ik een dag later. Het slechte weer en oorpijn verhinderden dat gisteravond. Het was een zware dag. Het slapen ging wat minder (bulten onder de tent), vandaar dat we niet echt uitgerust aan de tocht naar St. Hilaines-sur-Helpe of Prisches begonnen.
Van Binche ging het naar Erquelinnes, de laatste Belgische stad die we aandeden. Eigenlijk heel ongemerkt reden we vervolgens Jeumont binnen, de Franse stad die aan Erquelinnes is vastgeplakt. Het eerste wat we daar deden was proberen geld te halen. Dat ging bij de eerste bank mis, maar bij een volgende ging het wel goed.
Vervolgens hebben we nog even rondgelopen, maar toch al snel weer de fiets gepakt om opnieuw de heuvelen te gaan bestijgen. Dat viel in het geheel niet mee, omdat we ook nog te maken hadden met een harde westen- of zuidwesten-wind. Dat was dus op zijn tijd zwaar balen geblazen.
Toch vorderden we wel zo snel, dat we besloten de tweede campingplaats (Prisches) met een bezoek te vereren. Wat onderweg wel opviel was dat de Fransen hun huis stukken beter verzorgen dan de (Waalse) Belgen. Met name wordt er veel met bloeiende bloemen en planten gewerkt in tuinen en vensterbanken. De dorpen zagen er daardoor een stuk gezelliger uit.
Het venijn zat dit keer in de staart. We werden op de laatste 10 km verrast door een aantal fikse regenbuien. Gelukkig hadden we alles goed ingepakt in plastic zakken. Op gegeven moment merkte ik dat Hannemieke weg was, niet meer te zien. Ik reed dus weer terug en ja hoor, daar liep ze: met een lekke band en een beetje overstuur. De band was snel weer geplakt (het was intussen even droog!) en Hannemieke snel over haar onrust heen en zo fietsten we na 68 km Prisches binnen.
Daar eerst boodschappen gedaan voor het avondeten en vervolgens op zoek naar camping Le Friset. Deze bleek vlakbij te zijn, dus dat was een simpele zaak. Omdat ook hier geen beheerder aanwezig was, hebben we niet van te voren ingeschreven en betaald. Een van de bewoners ('de Belg') zei dat de man nog wel zou komen.
We hebben snel de tent opgezet en ik ben toen even gaan liggen met een paracetamolletje. Hannemieke begon de rijst (met erwten en wortels) te koken en het vlees te braden. Tijdens het nuttigen van de maaltijd begon het weer te regenen en moesten we dus snel naar binnen.
Na achten probeerden we nog Joke te bellen, maar de telefooncellen in Frankrijk accepteren alleen maar telefoonkaarten. Dus later nog maar eens proberen. Om negen uur ging ik douchen, zodat ik een half uur later plat kon met mijn pijnlijke oren. Omdat ook Hannemieke om tien uur sliep gingen we een lange nacht tegemoet. Dat moest ook wel want de hoogteverschillen en de tegenwind vormen een aanslag op je uithoudingsvermogen. We hebben wel het gevoel dat het steeds beter gaat, maar dat mag ook wel.