De dag begon niet erg vrolijk. Van half vijf tot zes uur had het geregend en ook nu was de lucht nog bewolkt. Het betekende ook dat we een natte tent mee moesten nemen. Verder raakte Hannemieke opgesloten in het toilet. De deur klemde, ze kreeg hem niet meer open. Ook kon ze mij niet roepen want dan zou de hond van de beheerder aanslaan en dat wilde ze voorkomen. Dus is ze over de tussenwand naar het andere toilet geklommen en heeft ze zich zo bevrijd.
Om tien uur vertrokken we van de camping. De beheerder, bij wie we afrekenden, wilde ons in al zijn vriendelijkheid de weg naar de stad en naar Leipzig wijzen. Hij kwam met allerlei kaarten (meestal oud) op de proppen. Maar uiteindelijk vertrokken we in een lichte motregen naar Bernburg. Bij een plaatselijke boekhandel hebben we eerst een nieuwe ADFC-fietskaart aangeschaft voor de tocht naar Leipzig. De kaarten van de ADAC blijken als fietskaarten ongeschikt: de schaal is te groot..
Over de B185 reden we de stad uit en vervolgens naar Köthen, waar we onze dagelijkse boodschappen deden. Om tijd te winnen namen we nu de B183 richting Zörbig. Voorbij Prosigh vonden we het tijd worden om onze lunch te gebruiken. Het valt op dat het eten nu toch wel zwaar te verteren wordt; we zijn blijkbaar toch niet gewend dergelijk brood te eten.
Na deze onderbreking passeerden we eerst Zörbig. In Quetdölsdörf verlieten we de B183 en fietsten we via Glebitzsch en Roitzsch naar Delitsch. Daar pakten we de B184 die uiteindelijk naar Leipzig leidt. In Brodau volgden we een binnendoor-route naar Zschortau. Daarbij passeerden we ook weer een prachtig gelegen beekje met verrassend helder water. Via Wiederitzsch reden we uiteindelijk Leipzig binnen. Vrij gemakkelijk reden we vervolgens (na 93 km) naar deze prachtige camping met zijn ruime plaatsen. Alleen de bodem bleek er veel steen te bevatten: lastig voor het inslaan van de haringen.
Na het eten hebben we nog een aantal uurtjes op het terras van het campingrestaurant doorgebracht met steeds opnieuw een gevuld glas onder handbereik. Soms is het leven zo slecht nog niet, dat gevoel kwam bovendrijven. We blijven tot maandag op deze camping. De zondag benutten we om de stad te bekijken.