Het was inderdaad een goede nachtrust op deze rustige camping. Omdat we het 's morgens rustig aan doen, reden we om kwart voor tien van de camping weg. In het eerste grote dorp onderweg (Leese) deze we onze inkopen voor vandaag. We beperkten ons daarbij tot spullen, waarvan we overtuigd waren dat ze 's avonds ook nog goed zouden vallen.
Via Rehburg en Mardorf (waar we verleden jaar met de huurcamper stonden) reden we langs de Steinhuder Meer naar Neustadt am Rübenberge. Het laatste deel voor deze stad voerde weer door een uitgestrekt veengebied, dat nog wordt ontgonnen. Ook tussen Otternhagen en Bissendorf voert het veenlandschap de hoofdtoon. Vanaf het dorp Scharrel gaat onze fietsroute een paar dagen samenvallen met de fietstocht naar Berlijn in 1996.
Bij en zeker na Bissendorf werd het landschap weer glooiender. Dit leverde ons een prachtig uitzicht op over het gebied ten noorden van Hannover en op de skyline van de stad zelf. Door het heuvellandschap reden we via Gross-Burgwedel naar Engersen. Daar genoten we van onze eerste terrasconsumptie. Dit was eigenlijk de eerste gelegenheid na Emmen, om op een terras neer te strijken. Veel horecagelegenheden waren nog niet open, tot nu toe.
Een andere bijzonderheid aan dit gebied is dat er veel aspergeteelt plaatsvindt. Overal passeer je akkers met "doorgeschoten" aspergeplanten in hun bedden. Er is zelfs een toeristische route met de naam Spargel. Rijdend door Ramlingen, Otze en Hänigsen bereiken we uiteindelijk Uetze, waar camping Irenensee ons voor de komende twee nachten onderdak zal bieden. Want na een afstand van 90 km vinden we het nu wel tijd worden om een dagje rustig aan te doen. Dus morgen niet echt fietsen.